Peter Otten  Mijn artikelen mag u alleen lezen.

 

< Terug naar artikelen

 

Het belang van vitamine K1 bij vogels 

 

door M. von Lüttwitz en H. Schulz ©. Bron: AZ Nachrichten – juni 1999

 

In het  Duitse tijdschrift AZ-Nachrichten trof ik een artikel aan dat ik u niet wil onthouden. Het is een lang verhaal, maar het belang bij dit onderwerp is groot, niet alleen bij uilen- en roofvogelfokkers, maar ook bij veel andere vogelliefhebbers.

De vertaling is van mijn hand en hierop berust copyright.Peter Otten.

 

Vitamines behoren, met andere plantaardige stoffen, tot de groep van biologisch-actief werkzame stoffen. Vitamines nemen deel aan talrijke stofwisselingsreacties, hetzij direct, hetzij indirect, bijvoorbeeld als deel van een enzym.

Bij een vitaminetekort ontstaan gebreksziekten bij de vogel die in eerste instantie tot lichamelijke achteruitgang leiden en vervolgens tot de dood. Als er slechts sprake is van een klein gebrek aan vitamines - wat meestal het geval is – dan blijft de vogel wel in leven, maar zijn stofwisseling is vertraagd: die staat dan op een laag pitje. Natuurlijk is een tekort aan vitamines een relatief begrip. Een gering tekort, net onder de optimale behoefte, heeft nauwelijks gevolgen, maar een kleine overschrijding van de minimale behoefte aan vitamines heeft meteen een extreme uitwerking. Daartussenin liggen allerlei overgangsvormen, waarbij men niet mag vergeten dat vitamines in wisselwerking staan met een heel scala van andere stoffen.

Een vitamine die tientallen jaren strafbaar werd verwaarloosd, is vitamine K1. Hij zit in planten en plantaardige producten. Men moet ervan uitgaan dat in de darm van de vogel met behulp van vitamine K1, door de daar aanwezige darmflora, vitamine K2 wordt gemaakt. Nu is Vitamine K2 een verzamelnaam voor de verschillende toestanden van deze vitamine. De afzonderlijke stadia die er zijn benoemt men met MK-0 tot MK-13.

Beide vitamines zijn in vet oplosbaar en zelfs bij hoge overdoseringen kon men geen negatieve werkingen vaststellen, maar slechts positieve.

Het gehalte aan vitamine K1 is bij planten erg variabel. Dat hangt niet alleen van de plant af, maar varieert ook met de tijd van het jaar en is afhankelijk van de plaats waar de plant staat en van opslag en verdere verwerking van het voedsel. Pas sinds de jaren negentig kan men het gehalte van vitamine K exact bepalen. Eerdere metingen moet men onder voorbehoud beschouwen.

Naast de natuurlijke vitamines K1  en K2 kent men nog de kunstmatig gefabriceerde en in de natuur niet voorkomende vitamine K3  en zijn zogenaamde analogen (K4 en K5  etc. die in het organisme uiteindelijk omgevormd worden tot K3, zoals een farmaceutische firma meedeelde). Vitamine K3 kent men ook als menadion. Men heeft het oplosbaar gemaakt in water om het makkelijk te kunnen toedienen. Het is overigens ook aan de natuurlijke vetoplosbare vitamines niet identiek. Zo is het niet verwonderlijk dat het op een andere manier wordt opgenomen, anders wordt opgeslagen, anders wordt uitgescheiden en een grotendeels andere werking heeft dan de natuurlijke K-vitamine. Alleen al het feit dat de natuurlijke vitamine K vetoplosbaar is en menadion, evenals zijn in de handel verkrijgbare vormen, in water oplosbaar is, zegt al veel!

De opname van de vetoplosbare vitamine vindt plaats in de darm en wel op een andere plaats dan de in water oplosbare vitamines, eiwitten en vetten. Terwijl het wateroplosbaar gemaakte menadion direct in het bloed wordt opgenomen, wordt vitamine K1 aan cholesterol gebonden en via een omweg, namelijk de lymfe, naar het bloed getransporteerd. Vanuit de centrale verwerkingsplaats - de lever – gaat het naar andere weefsels.

Daarbij is gebleken dat de hoeveelheid vitamine in het bloed niets zegt over de hoeveelheid vitamine K1 in de weefsels.

In de literatuur wordt vermeld dat voor de opname van vitamine K1 in de darm alvleessap en galzuren nodig zijn. Deze vaststelling is niet goed te bewijzen. Het bleek dat bij papegaaien met een bijna volledig door medicamenten, verkeerde voeding en/of ziektekiemen verstoorde lever, toediening van vitamine dezelfde heilzame werking vertoonde als het geval was bij papegaaien met een gezonde lever. (De lever is voor de aanmaak van galzuren verantwoordelijk.) Hieruit is te concluderen dat vetzuren de opname van vitamine K1  even goed mogelijk maken. In de vakliteratuur wordt bevestigd dat vetzuren met lange ketens de vitamine K1-opname ondersteunen.

Zulke vetzuren kunnen via de voeding worden verstrekt of zij zitten in zaadkorrels.

(Vetten hebben lange ketens, olie niet. Vertaler.)

Menadion met zijn mogelijk schadelijke werking, was in de voedingsmiddelenindustrie lange tijd de enige toegestane vorm van vitamine K. De natuurlijke, nevenwerkingvrije vitamine K1 was daarentegen verboden.

Toch mocht elke vogelhouder de natuurlijke vitamine K1 als toevoeging aan zijn vogels geven.

In het verleden verzetten zich enkele lobbyisten hevig tegen de aanbeveling om het giftige vitamine K3 te vervangen door K1. Er werd zelfs in advertenties beweerd dat iedere vogelkweker die zijn vogels K1 gaf, strafbaar was.

Een voederfabrikant huurde zelfs een marketingbureau in om het gebruik van vitamine K3 bij dieren te verdedigen.

Een primatencentrum dreigde met gerechtelijke stappen tegen een vitamine K3-lobbyist. Maar, zoals zo vaak, laat de waarheid zich geen geweld aandoen. Intussen is, op initiatief van de auteurs van dit artikel, voor vitamine K1, ook in industriële voeders, in Duitsland bij het betreffende ministerie officieel erkenning aangevraagd. Op 5 februari 1999 werd besloten dat vitamine K1 toegevoegd mocht worden aan industrieel voer. Het geven van vitamine K1 als toevoeging was, in tegenstelling tot wat de angstcampagne van de K3 lobbyisten beweerde, nooit verboden geweest!

Wat is de werking van vitamine K1? De vitamine werd oorspronkelijk bekend als vitamine voor de bloedstolling. Als er niet voldoende vitamine-K1 voorhanden is bloedt het dier dood. Door vitamine K1  te geven wordt de bloeding gestopt; voor de fokker vooral van betekenis als de vogels coccidiose hebben. Maar bovendien is niet goed bekend dat vitamine K1  nog veel meer werkingen heeft. Als er bijvoorbeeld inwendige kneuzingen zijn, moet, als de wonden genezen, de bloedprop opgeruimd worden. Daarvoor is vitamine K1 noodzakelijk. Als vitamine K1  ontbreekt, kan het materiaal niet volledig worden afgebroken en kan er embolie ontstaan. In de humane geneeskunde bewandelt men een andere, minder natuurlijke weg om embolieën te voorkomen, maar deze is voor de medicijnindustrie meer winstgevend.

Vervolgens ondersteunt vitamine K1 de kalkafzetting in het vogelskelet alsmede de hormonaal gestuurde beenderstofwisseling. Dit gebeurt in samenwerking met vitamine D, die, volgens de laatste inzichten, geen vitamine meer is, maar een hormoon. Bij het embryo bewerkt K1 de ombouw van kalk in de eierschaal in het zich ontwikkelende beenderstelsel. Een centrale rol speelt het in de energiestofwisseling, in de eiwitstofwisseling voor hart en longen, in de algehele vetstofwisseling. Het ondersteunt de inbouw van koolhydraten in de cellen en het heeft een functies in het meerlagige celmembraan. Het zorgt voor stabiel bindweefsel, het ondersteunt de oogfunctie en het heeft anti-oxidantwerking. Daarbij schijnt K1 in de darm nodig te zijn voor de daar levende darmflora.

Er zijn aanwijzingen dat bij een tekort aan deze vitamine de darmflora ontspoort en er bijvoorbeeld megabacteriën ontstaan. Een van de belangrijkste werkingen van Vit. K1 is het neutraliseren van cumarinen. Cumarinen zijn gifstoffen die o.a. door talrijke schimmels gevormd worden. Zaadmengsels voor vogels zijn vaak niet schimmelvrij. Dit werd onlangs door een vogelvoederfabrikant officieel bevestigd. Cumarinen tasten de werking van K1 aan.

Bij voldoende vitamine K1  kunnen cumarinen nauwelijks kwaad. Op de werking van cumarinen berust ook de werking van rattengif dat inwendige verbloeding veroorzaakt. Bij mensen worden bloedverdunners gebruikt met cumarinen om het bloed minder stolbaar te maken. Voldoende vitamine K1 maakt het gebruik van bloedverdunners overbodig.

Bij geperst korrelvoer bestaat het gevaar dat bij ondeskundige opslag eerder schimmels ontstaan dan bij hele zaden.

 

In het inmiddels wereldwijd bekend geworden Papageien-Gnadenhof van mevrouw Hofstetter bij Passau, werden de volgende, voor vogelkwekers belangrijke werkingen van vitamine K1 vastgesteld:

 

1. Dunne uitwerpselen worden weer vast

2. Antibiotica en sulfonamiden worden overbodig

3. Agressiviteit van de dieren neemt af

4. Leverbeschadigingen herstellen

5. Uitbraken van Aspergillose komen niet meer voor en zieke dieren leven langer en de kwaliteit van leven verbetert

6. Verenpak wordt weer glad

7. De rui verloopt weer normaal

8. Snavel- en nagelsubstantie verbeteren

9. De huid ziet er beter uit

10. Bloedarmoede verdwijnt

11. Vitaliteit neemt toe

12. Verenplukkers krijgen weer veren

13. Voortplantingsdrift ontwaakt weer ( bij probleempapegaaien)

14. Onderlinge verstandhouding verbetert

15. Infectiegevoeligheid neemt drastisch af

 

Er treden minder schimmelinfecties op.

Schimmels in voer geven minder problemen

Voorwaarde voor een goede vitamine K1-werking is dat er voldoende andere vitamines verstrekt worden, maar dan wel zonder K3. Vitamine K3  heeft alleen maar invloed op de bloedstolling, waarbij moet worden opgemerkt dat bij een acuut geval van vitamine K-tekort dierenartsen geen vitamine K3, maar vitamine K1 verstrekken.

Over andere eigenschappen van K3 (behalve dan die van bloedstollende werking) is niets bekend.

In de literatuur wordt zelfs benadrukt dat vitamine K3 tegen cumarine helemaal niet werkt.

(Cumarine zou bovendien giftig zijn voor de lever.)

Bij publicaties die menadion propageren, wordt trouwens nauwelijks over de werking van K3 gesproken, maar wel over die van K1, wat volksverlakkerij is. Er wordt namelijk gesuggereerd dat het kunstmatige K3 dezelfde werking heeft als K1. Daar komt bij dat K3  ten opzichte van K1 mogelijk nog een behoorlijk aantal  schadelijke bijwerkingen heeft:

Wisselwerking met - en destabilisatie van - rode bloedlichaampjes bij hemolyse, respectievelijk hemolytische bloedarmoede (in dit verband is ook te denken aan feather dusters)

Giftigheid voor levercellen

Mutagene werking (door vorming van radicalen) (=kankerverwekkend. Vertaler)

Beendermisvormingen door falende cumarineafbraak.

Plasma-membraanstoornis

Verandering in de calciumhuishouding, wat weer zowel stolling als het opruimen van bloedproppen verstoort.

Beschadiging van milt en nieren

Veel werkingen van menadion in de weefsels zijn nog niet onderzocht en dus is er gevaar voor nog meer beschadigingen

Opslag in weefsels (bij consumptiedieren bestaat het gevaar van opname van menadion wat in levensmiddelen verboden is).

Heel openhartig geven vitamine K3-lobbyisten de reden voor het gebruik van vitamine K3 bij dieren aan:

het is goedkoop. Dat blijkt duidelijk uit de cijfers die KOLB e.a. opgeven: een kilo K1 kost

€ 26.000. Dezelfde hoeveelheid K3 kost daarentegen slechts € 181 !

Intussen zijn enige voederfabrikanten er al toe overgegaan hun preparaten van de volgende  mededeling te voorzien: “zonder vitamine K3 “. Daardoor kan de vogelfokker deze verdachte vitamine weglaten en daarvoor in de plaats vitamine K1 apart gebruiken. Als men een vitamine K1-preparaat uit de apotheek gebruikt, dan moet men erop letten dat de hulpstoffen niet giftig zijn. Op dit ogenblik is er slechts één preparaat in druppelvorm in Duitsland op de markt, waarvan de hulpstoffen niet giftig worden geacht.

Het gaat om de kanavit-druppels van de firma Medphano.

(Noot van de vertaler: er zijn tegenwoordig verschillende andere preparaten te krijgen, bijv. Davitamon.)

 

Door de toelating van vitamine K1 in het industriële diervoeder is het nu mogelijk dat producten met wat meer K1  en zonder K3 op de markt komen. Het zal zeker interessant zijn te weten welke firma’s voor een vitamine K1-toevoeging besluiten. Wie uit de onduidelijke productinformatie niet kan opmaken welke vitamine K er in de voeding zit, kan om opheldering vragen bij de betreffende firma. In het verleden was het niet verplicht een toevoeging van K3 te vermelden. Zo stond bijvoorbeeld bij veel kippenvoer niet vermeld dat er K3 in zat terwijl dat wél het geval was.

Wie aan zijn gevederde vrienden K1 apart wil geven, kan dat op een aantal manieren doen. Allereerst is groenvoer met een ruime hoeveelheid van deze vitamine op zijn plaats. Vooral de brandnetel is onder de wilde planten een uitstekende bron van vitamine K1. Ook bruine en groene algen die in de vogelvoeding al vaak worden aangewend, hebben hoge gehaltes aan K1. Ook kan men een preparaat uit de apotheek gebruiken. Mevrouw Hofstetter van het vermelde Papageien-Gnadenhof  gebruikt op een liter water 10 druppels Kanavit. Vanzelfsprekend krijgen de vogels niet meer water dan ze per dag opdrinken. De druppels kunnen ook op een lekkernij gedaan worden.

Het is noodzakelijk elke dag voldoende andere vitamines te geven.

Behandelingen met antibiotica of sulfonamiden belasten het darmkanaal en verstoren het voor het leven belangrijke vitamineopnamesysteem grondig. Met name vitamine K1 wordt door zulke medicijnen geblokkeerd. 

Het is in een voorkomend geval zeker zinvol zich af te vragen of dure medicijnen wel zo’n goede keus zijn.

Of is het niet veel slimmer op een natuurlijke wijze te genezen door het geven van alle noodzakelijke stoffen (eventueel in een zeer hoge dosis)?

 

Samenvatting van de vertaler

 

Bovenstaand artikel bevat allerlei informatie over de K-vitamines. Er bestaat veel onderscheid tussen de natuurlijke vitamine en de chemisch nagemaakte rommel. Voldoende (natuurlijke) vitamine K voorkomt een hoop ellende, maar het zit niet in diervoeding. Men rotzooit kennelijk maar wat aan. Het wordt tijd dat in diervoeding uitsluitend het natuurlijke vitamine K1 wordt gebruikt. Zolang dat niet zo is zou het beter zijn in de apotheek een flesje te halen en daar goed gebruik van te maken. Brandnetel bevat veel van deze vitamine, evenals spinazie, algprodukten, zuurkool en andere bladgroenten. Ook dus vogelmuur. (Zie hiervoor Bec-info nr. 1/2004)

 

< Terug naar artikelen